Dag 17

24 juli 2014 - Bobo-Dioulasso, Burkina Faso

Dag 17
Deze vakantie gaat echt veel te snel.. maar dat is alleenmaar een goed teken volgens mij! De dag begon rustig in het weeshuis. Met de kinderen gerekend. Wij mochten sommetjes voor ze opschrijven en zij moesten ze maken. Net zoals Marthe en ik vroeger voor elkaar deden.. Even later kreeg Nathalie een paar harde klappen in haar nek van Djamila. Ik snapte er niets van, dus vroeg ik aan Djamila pourqoui? Ja, Nathalie keek aan toen ik water dronk en dat doet ze wel vaker. M'n mond viel echt open van verbazing. Ik zou jou eens slaan als je me aankijkt als ik water drink. Zo iets doe je toch niet? Krijg steeds meer afkeer tegen de verzorgers van de kinderen. De kinderen denken dat het normaal is om elkaar te slaam en beginnen nu ook andere kinderen te slaan, omdat diegene vervelend doet of iets dergelijks.
In de middag wilden we naar de markt en liepen de hekken uit van het weeshuis en ik zag een jongetje met het syndroom van down. Er zaten nog ong 6 kinderen bij te spelen. Op eens uit het niets sloeg een meisje het jongetje met syndroom van down en begon ze hem te duwen. Ik hield die twee uit elkaar en toen kwam de moeder. Het meisje dook in elkaar met tranen over haar wangen op de grond en zei dat de jongen haar had geslagen en alle kindjes bevestigden dat een voor een. De vrouw geloofde dat natuurlijk meteen en het jongetje kreeg een paar harde klappen. De vrouw kwam naar me toe terwijl op de achtergrond de andere jongens het gehandicapte jongetje trapten. Ze zei tegen me dat het jongetje gestoord was.. Wat een onrecht. Dit kwam nog het hardst binnen van alles wat ik tot nu toe gezien heb hier. De armoede is hier erg en zielig, maar als je echt iets wil en je er voor vecht kom je er wel, maar dit jongetje kan nergens voor vechten, hij zal hier nooit een goede toekomst krijgen. Hij zal nooit begrepen worden en er zal nooit iemand echt van hem houden. Als er iemand is die ik meteen zou adopteren van hier is het hem wel.
Papa zegt altijd op vakantie: "We geven alleen geld aan de mensen die niet kunnen werken." Zo heb ik het hier ook, maar dan op een andere manier. Ik heb geen medelijden met de mensen die hard hun best moeten doen om te overleven in Burkina, maar wel met de mensen die niet de kans kunnen krijgen om te werken door een beperking. Die moet je juist helpen, maar die laten ze hier allemaal vallen. Wat mogen we dan blij zijn dat onze lieve Fenny in Nederland geboren is!

1 Reactie

  1. Ate Wijnstra:
    25 juli 2014
    Hè lieve Martine, wat weer een mooi verhaal van jou. Terecht dat het het opneemt voor die jongen,buitengewoon jammer dat de volwassen het zelf niet begrijpen hè. Ja en Fennie mocht inderdaad blij zijn dat ze in Nederland kan opgegroeid, ook al heeft zijner zelf zo nooit voor gekozen. BY the way, wij geven ook altijd geld aan alle muzikanten, zij maken de muziek in ons leven...vergeet dat niet hè. Dikke kus van een troste vader.